Bertus Aafjes

Bertus Aafjes
Bertus Aafjes
	Bertus Aafjes (1965)
Gebore	Lambertus Jacobus Johannes Aafjes; 12 Mei 1914; Amsterdam, Nederland
Sterf	23 April 1993 (op 78); Venlo, Nederland
Nasionaliteit	Nederlands
Beroep	Digter

Lambertus Jacobus Johannes "Bertus" Aafjes (12 Mei 1914 – 23 April 1993) was a Nederlandse digter en skrywer wie se werk gekenmerk word deur toegewydheid aan die Katolisisme. Hy het 'n reeks van vyf boeke geskryf wat die Japannese samoerai Ōoka Tadasuke as karakter bevat.^[1]

Aafjes is in Amsterdam gebore. Hy het ook gedigte geskryf oor die versetbeweging teen die Duitse militêre besetting van Nederland gedurende die Tweede Wêreldoorlog. Hy was getroud en het drie dogters en 'n seun gehad. Hy het in Venlo beswyk. Aafjes het ook die teks vir die strokiesprente Mannetje Bagatel (1946) en Kleine Isar, de Vierde Koning (1962) deur Eppo Doeve en ,^[2] Peter-kersen-eter (1943) en De Vrolijke Vaderlandse Geschiedenis (1948) deur Piet Worm verskaf.^[3]

Voorbeelde van sy digkuns

De Laatste Brief

De wereld scheen vol lichtere geluiden
En een soldaat sliep op zijn overjas
Hij droomde lachend dat het vrede was
Omdat er in zijn droom een klok ging luiden.

Er viel een vogel die geen vogel was
Niet ver van hem tusschen de warme kruiden.
En hij werd niet meer wakker want het gras
Werd rood, een ieder weet wat dat beduidde.

Het regende en woei. Toen herbegon
Achter de grijze lijn der horizon
Het bulderen - goedmoedig - der kanonnen.

Maar uit zijn jas, terwijl hij liggen bleef,
Bevrijdde zich het laatste wat hij schreef:
Liefste, de oorlog is nog niet begonnen.

Uit: Het gevecht met de muze (1940)

Een vers

Ik zag een kind, nadenkend in zijn spel;
Het blies een ademteug met bolle wangen
In een wit pijpje en het dacht bevangen:
Ik blaas de wereld in een glazen bel.

De wereld groeide tot een nieuwen staat
En raakte los en ging eenzelvig leven
En dieper zinkend kwam zij aangedreven
Tegen den hoogmoed van der grauwe straat.

De wereld viel de wereld koel ten buit;
Maar onverminderd bleven bellen zweven,
Zij stieten stuk doch gaven geen geluid.

Een vers wordt als een zeepbel neergeschreven;
Ook Orpheus blaast een wereld aan zijn fluit.
De laatste zal De Wereld overleven.

Uit: Eerste sonnetten/Gedichten (1947)

Bronne

1979 Keur uit die Nederlandse poësie, A.P. Grové, J.L. Steyn (samestellers),(Nasou Beperk), ISBN 0 625 00160 5 , Twaalfde druk.

Bibliografie

Het Italiaanse Maria-lied, in: De Gemeenschap (1936)
Het gevecht met de muze (1940)
Amoureus liedje in de morgenstond (1941)
Het zanduur van de dood, in: Helicon (1941)
Een laars vol rozen, reisverslag (1942)
Gerrit Achterberg, de dichter van de sarcofaag. (1943) Aantekeningen bij zijn poëzie/Aantekeninge by sy poësie
Peter-Kersen-eter (1943)
De ark (1943)
Per slot van rekening (1944)
Omne animal (1944)
Elf sonnetten op Friesland (1944)
Verzen en vrouwen (1944)
De laatste brief (1944)
Kleine catechismus der poëzie (1944)
Bid, kindje, bid! (1944)
Boeren. Open brief van het land (1945)
Lafaard of geus? (1945)
Dichters van later tijd (1945)
In het Atrium der Vestalinnen, fragmenten (1945)
In het Atrium der Vestalinnen en andere fragmenten (1945)
Bevrijdingsdag (1946)
Een voetreis naar Rome (1946)
Maria Sibylla Merian, gedicht (1946)
De zeemeerminnen (1946)
Gedichten (1947)
Douderideine (1947)
De vogelvis (1948)
Het koningsgraf. Honderd en een sonnetten (1948)
De driekoningen (1948)
Laat nu al wat Neerland heet (1948)
Circus (1948)
Egyptische brieven (1948)
In den beginne (1949)
De lyrische schoolmeester, gedicht (1949)
Het kinderkerstboek (1949)
De reis van Sinte Brandaan, herdicht door Bertus Aafjes (1949)
Arenlezer achter de maaiers. Kronieken over kleine maar vergeten bijzonderheden in het Oude en het Nieuwe Testament )1950)
Vorstin der landschappen. Een reis door het Heilige Land (1952)
De karavaan (1953)
Drie essays over experimentele poëzie (1953)
Morgen bloeien de abrikozen, roman (1954)
De blinde harpenaar. De liefde, het leven, het geloof en de dood in de poëzie der oude Egyptenaren (1955)
Logboek voor 'Dolle Dinsdag (1956)
Capriccio Italiano. (1957) Een reisboek over Italië/'n Reisboek oor Italië
De vrolijke vaderlandse geschiedenis. Deel I. Van de Batavieren tot de Gouden Eeuw (1958)
De vrolijke vaderlandse geschiedenis. Deel II. Van de Gouden Eeuw tot nu (1958)
Het Troje van het Carboon (1959)
Goden en eilanden, een reisboek over Griekenland (1959)
De wereld is een wonder, reisverslag (1959)
Het Hemelsblauw (1960)
Dag van gramschap in Pompeji (1960)
In de schone Helena, reisverslag (1960)
Levende poppen (1961)
De dikke en de dunne (1961)
Anneke's avontuur (1961)
De verborgen schat (1961)
Muziek op het kasteel (1961)
Tante Ibeltje (1961)
De schippersjongen (1961)
Stuurman Roel (1961)
De lachende krokodil (1961)
De geheimzinnige diamant (1961)
De Italiaanse postkoets, verhalenbundel (1962)
Odysseus in Italië (reisverslag) (1962)
De fazant op de klokkentoren (1963)
Omnibus, prozafragmenten (1963)
Kleine Isar, de vierde koning, stripverhaal (1963)
Het gevecht met de Muze, verhalenbundel (1965)
Dooltocht van een Griekse held, reisverslag (1965)
Per en Petra en het geheim van de bouwkunst (1967)
Maria Sibylla Merian en andere gedichten (1967)
Drie van Bertus Aafjes, gedichten (1967)
De denker in het riet (1968)
Die te Amsterdam vaak zei: Jeruzalem (1968)
Een ladder tegen een wolk (1969)
De rechter onder de magnolia (1969)
Kito en Poelika (1969)
Kito vindt Poelika (1969)
De koelte van de pauwenveer, verhalen (1971)
Mijn ogen staan scheef. Zwerftochten door het land van de Mikado (1971)
Een lampion voor een blinde of De zaak van de Hollandse heelmeesters, verhalen (1973)
De vertrapte pioenroos (1973)
De laatste faun (1974)
Limburg, dierbaar oord (1976)
In de Nederlanden zingt de tijd (1976)
Het rozewonder (1979)
Mei, mengelwerk (1979)
Deus sive Natura (1979)
Rijmpjes en versjes uit de vrolijke doos (1980)
Tussen schriftgeleerden en piramiden (1980)
Drie gedichten over Amsterdam (1981)
Rechter Ooka-mysteries (1982)
Homeros' Odyssee en Dooltocht van een Griekse held, reisverslag (1983)
Zeventien aforismen (1984)
De wereld is een wonder, reisverhalen uit twaalf landen (1984)
De val van Icarus (1985)
De mysterieuze rechter Ooka. Japanse speurdersverhalen (1986)
De sneeuw van weleer, autobiografie (1987)
Het hemd van een gelukkig mens. Sprookjes uit een verre wereld (1990) (jeugboek)
Verzamelde gedichten 1939-1988 (1990)
De sprookjesverkoper. Sprookjes van heinde en verre (1990)
Griekse kusten, reisverhalen (1991)
De eeuwige stad. Rome in verhalen en herinneringen (1992
De zee, gedichten (1992
De parels (1992)

Verwysings

↑ Ho-Ling Wong, Judge Ooka in the East and West, CRIMINALELEMENT.COM
↑ https://www.lambiek.net/artists/d/doeve_eppo.htm
↑ https://www.lambiek.net/artists/w/worm-piet.htm

Eksterne skakels

Wikimedia Commons het meer media in die kategorie Bertus Aafjes.

[1] Ho-Ling Wong, Judge Ooka in the East and West, CRIMINALELEMENT.COM

[2] ttps://www.lambiek.net/artists/d/doeve_eppo.htm

[3] ttps://www.lambiek.net/artists/w/worm-piet.htm

[1]

[2]

[3]

Bertus Aafjes
Bertus Aafjes (1965)
Gebore	Lambertus Jacobus Johannes Aafjes (1914-05-12)12 Mei 1914 Amsterdam, Nederland
Sterf	23 April 1993 (op 78) Venlo, Nederland
Nasionaliteit	Nederlands
Beroep	Digter