Ed. Hoornik: Verskil tussen weergawes

Content deleted Content added
Etiket: 2017-bronwysiging
Etiket: 2017-bronwysiging
 
Lyn 53:
== Voorbeelde van sy digkuns ==
=== Amsterdam ===
<poem>
Nog zijn gordijnen neergelaten,<br/>
nog kringt de nevel om de zon<br/>
maar zie, de noordelijke straten,<br/>
de koepel van 't Centraal Station<br/>
(en bloemen op een klein balkon)<br/>
hebben het daglicht toegelaten.<br/>
 
En eensklaps waait de hemel open,<br/>
de wolken spieglen in het IJ;<br/>
een knaap, al vroeg uit bed gekropen,<br/>
gaat aan de Zeevaartschool voorbij;<br/>
hij ruikt de geur van specerij<br/>
en proeft de namen van de tropen.<br/>
 
En spiegels zijn dan ook de grachten,<br/>
waarlangs het jonge meisje gaat,<br/>
het carillon leidt haar gedachten,<br/>
tot zij het breede plein opgaat,<br/>
waar bij de kerk de vriend al staat<br/>
in dagelijks-vernieuwd verwachten.<br/>
 
Achter de gracht in de armoewijken,<br/>
staat bij de scherven van een glas<br/>
een kind, dat amper op durft kijken<br/>
na 't duister, dat vol ruzie was;<br/>
het ruikt de lucht van bier en asch<br/>
en ziet zijn moeder 't waschgoed strijken.<br/>
 
Uit West gaan kleine ambtenaren<br/>
opnieuw hun afgeperkte baan;<br/>
een vrouw blijft in haar dagdroom staren<br/>
-een bloei is snel voorbijgegaan-<br/>
en ziet het bleek portretje staan<br/>
van hem, voor wien zij 't al liet varen.<br/>
 
De dag is op den Oost gerezen,<br/>
het vuilnis wordt op straat gebracht,<br/>
nog zit er ergens één te lezen,<br/>
het licht brandde den ganschen nacht.<br/>
Een kille muur, een bord verwacht<br/>
den stemplaar, naar de Steun verwezen<br/>
 
Meer naar het Zuiden, zonbeschenen,<br/>
ontwaakt een stad van staal en glas,<br/>
waar lanen kruisen staat alleen en<br/>
blind een beeld in 't vochte gras;<br/>
een kinderhand wuift achter glas,<br/>
totdat de vader is verdwenen.<br/>
 
Wie alles van de stad wil weten,<br/>
beginne nu en zie en hoor,<br/>
de visch heeft in het aas gebeten,<br/>
de Amstel trekt zijn zilvren spoor,<br/>
over het IJ wentelt de smoor,<br/>
de trage smoor der wereldschepen.<br/>
 
Nog droomen in het hart de wallen,<br/>
een orgelman draait daar zijn lied,<br/>
maar driftig springen koersgetallen<br/>
de borden op: de wereld biedt.<br/>
Wie nu het Damrak overziet,<br/>
weet zich de eenzaamste van allen.<br/>
 
Nog droomen in het hart de wallen,<br/>
een orgelman draait daar zijn lied,<br/>
maar driftig springen koersgetallen<br/>
de borden op: de wereld biedt.<br/>
Wie nu het Damrak overziet,<br/>
weet zich de eenzaamste van allen.<br/>
</poem>
*''Uit: Mattheus (1937)''